Côte de Boeuf is een stoer stuk vlees, het echte dude food! Ideaal voor de barbecue of om te bereiden in de oven als je veel eters aan tafel krijgt. Het is een grote steak met daaraan nog een bot. De Engelse benaming voor dit vlees is prime rib en dat is het ook. Het vlees komt van het gedeelte van de eerste vijf of zes ribben. Als je het bot eruit haalt, heet het de ‘entrecôte van de zesrib’. Deze Côte de Boeuf heeft een hele rijke volle smaak en een dieprode kleur door het dry agen. Hierdoor krijgt het vlees een nog intensere smaak.
De steaks zijn wel vier tot vijf centimeter dik, een ideaal stuk vlees om op de barbecue te bereiden. Die heb ik niet, daarom heb ik mijn super grillpan uit de kast getrokken en het vlees daarna in de oven verder laten garen.

 

Côte de Boeuf met rozemarijnboter

 

Eigenlijk heeft dit vlees al zoveel smaak van zichzelf, dat het niet veel nodig heeft. Ik vind deze rozemarijnboter er wel goed bij passen. Het vlees is mals en erg zacht. Het liefst serveer je het rare of medium rare, ga het vooral niet ‘door’ bakken. Dat is zonde van de prachtig stuk vlees. Zoals ik al zei dude food, dus je moet niet bang zijn voor rood vlees.
Deze in de oven gepofte zoete aardappelen passen heel goed bij het vlees. Ook lekker met de rozemarijnboter erin.

 

Haal het grote stuk vlees ruim van te voren uit de koelkast (twee uur) om op kamertemperatuur te komen. Als jouw slager dit niet gedaan heeft, verwijder dan de vetlaag voorzichtig van het vlees. Niet alles eraf halen, want dit vet geeft het vlees ook heel veel smaak.
Met zo’n stuk vlees is een vleesthermometer wel een must. Je wilt namelijk de kerntemperatuur van het vlees kunnen meten om zeker te zijn dat deze goed gegaard is.

 

Stoer vlees

 

En nog zo’n stoer stuk vlees is deze Tomahawk. Die heb ik ook in de oven bereid.