Vietnamese springrolls zijn ontzettend leuk als voorgerecht of als lunch. Het vergt wel wat snijwerk en het betere rolwerk. Je kunt ze op twee manieren maken, oprollen en halverwege het rollen de uiteindes naar binnen vouwen zodat je mooie dichte ‘pakketjes’ krijgt of oprollen en de losse uiteinden eraf snijden. Dit laatste heb ik gedaan bij deze springrolls met garnalen en pindasaus. Ik ben namelijk niet zo van het priegelwerk, mijn handen zijn daar te groot voor (haha). Als je deze springrolls vaker maakt, wordt je er wat behendiger in, maar wat ik al schreef het is een priegelwerkje.

 

Werk met een natte theedoek, zodat de rolletjes niet op een bord, aanrecht of aan elkaar blijven plakken. Je kunt ze dus ruim van te voren maken, als je ze maar in een schone natte doek legt in de koelkast. Dit om uitdrogen te voorkomen.
Als je niet van koriander houdt, gebruik dan muntblaadjes hiervoor in de plaats.

 

Gek op garnalen?

 

Ik heb nog een heel ander maar super lekker recept met garnalen voor je. Probeer deze Garnalen uit de oven bereid op een plank eens. Serveer ze als tapas.