Mijn vader kon fantastische Indische rijsttafels bereiden en hoe meer mensen aan tafel, hoe leuker hij het vond. Hierbij zijn recept van satésaus, dit is natuurlijk de allerlekkerste satésaus! Ik weet niet wat dat was met hem, maar hij vond de Indonesische keuken helemaal geweldig. Als hij een rijsttafel maakte, was hij al dagen van tevoren bezig met marineren en voorbereiden. En oh wat vond hij het fijn als wij zaten te smullen.
Satésaus
Deze saus wordt ook wel pindasaus genoemd. Pindasaus omdat het originele Indonesische recept gemaakt wordt van pinda’s die in een vijzel fijngemalen worden. Het gemak dient de mens en daarom gebruiken we tegenwoordig pindakaas. Ik vind het lekker om pindakaas met stukjes noot erin te gebruiken, dan heeft de saus nog een beetje een textuur.
In plaats van kokosmelk kan je natuurlijk ook ‘gewone’ melk gebruiken. Ik vind de kokossmaak erg lekker, daarom neem ik meestal de kokosmelk.
De ketjap asin die erin gaat, geeft een lekkere zoute smaak aan de saus. En je kunt de saus zo pittig maken als je zelf wilt, door meer of minder sambal te gebruiken. Ik heb trouwens ook nog een heerlijk recept voor zelfgemaakte sambal voor jou. Helemaal niet moeilijk te maken en oh zo lekker.
Satésaus kan je bij veel gerechten gebruiken, zo is het heerlijk bij zelfgemaakte Saté of bij Gado gado.
De saus is dus heel makkelijk zelf te maken en hierdoor bepaal jij de smaak van de saus. En ik kan er niets aan doen, maar ik vind de kant-en-klaar satésauzen echt niet te pruimen. Ik heb eens op een etiket van een satésaus in de supermarkt gekeken, nou je wilt niet weten wat er allemaal in zit. Als je dit leest, maak je het in het vervolg altijd zelf.
Zo bestaat deze sauzen voor het merendeel uit water, slechts een kwart of nog minder uit pinda’s, heel veel suiker en zout, conserveermiddelen, zetmeel, aroma’s en nog een hele riedel aan E-nummers. Alleen daarom al vind ik het niet lekker. En jij?
Tip:
In plaats van palmsuiker kan je ook donkerbruine basterdsuiker